Waarom je je spaarvarken beter niet te vet mest

In de eerste helft van 2020 groeiden de Belgische spaarrekeningen met zo’n 9,8 miljard euro aan. In heel Europa spaarden gezinnen het meest sinds 1999. Als Belgen stonden we zelfs aan de kop van dat Europese klassement.

Uiteraard zit de coronacrisis daar voor iets tussen. We consumeerden en kochten met z’n allen minder en hielden ons geld bij. Door de lockdowns moesten we zelfs ‘gedwongen sparen’: winkels sloten hun deuren, cafés en restaurants bleven lange tijd dicht en dus was het soms gewoonweg onmogelijk om geld uit te geven. In onzekere tijden spelen we het liefst op ‘safe’ en dus ging dat uitgespaarde geld meteen naar ons spaarvarken.

Eind juni stond er zo maar liefst 263,9 miljard euro op Belgische spaarboekjes geparkeerd. Een gigantisch bedrag! Wist je dat dat ongeveer evenveel is als het bruto nationaal product van Finland of de totale waarde die Finland op één jaar voortbrengt? 

Is het slim om je geld allemaal op een spaarrekening te laten staan? Natuurlijk is het essentieel om een spaarbuffer te hebben. Een buffer voor onverwachte of dringende kosten komt altijd van pas. Ook dat maakte diezelfde coronacrisis duidelijk. Sommige gezinnen leden inkomensverlies en zagen zich gedwongen die spaarbuffer te gebruiken om hun uitgaven te financieren.

Wat die buffer is, is voor iedereen anders. Meestal wordt er aangeraden om zo’n 3 tot 6 keer je nettoloon opzij te hebben staan als spaarbuffer. Maar uiteindelijk hangt het er vooral van af bij welk bedrag jij je comfortabel voelt. Als je een beginnende spaarder bent, kan je die buffer makkelijk opbouwen met een spaaropdracht. Zo verplicht je jezelf ertoe om elke maand wat opzij te zetten. Een goede tip is ook om dat al steevast bij het begin van de maand te doen. Bovendien zijn er ook verschillende mogelijkheden om ‘fiscaal’ te sparen (denk aan pensioensparen). Dat kan je jaarlijks een mooi belastingvoordeel opleveren.

Maar te veel sparen is ook niet goed. Inflatie of de algemene stijging van de prijzen is de onzichtbare vijand van je spaargeld. Hoe moet je inflatie begrijpen? Herinner je je nog dat je 10 jaar geleden zo’n 7 euro betaalde voor een cinematicket en dat je nu al vlot 10 euro of meer neertelt? In 2019 bedroeg de inflatie 1,3%. Het leven werd dus zo’n 1,3% duurder. Als je begin 2019 1.000 euro had, dan kon je daar eind 2019 nog maar voor 987 euro iets mee kopen.

Je geld wordt dus minder waard en dat gebeurt ook met je spaargeld op lange termijn. Vroeger kreeg je nog enige rente voor het geld op je spaarrekening, maar die staat momenteel bijna op nul. Als de inflatie groter is dan de rente die je krijgt voor je spaargeld, dan wordt je spaargeld stelselmatig minder waard. Waarom blijven we dan als Belgen massaal sparen, vraag je je nu allicht af? Waarom staat er maar liefst 263,9 miljard euro op spaarboekjes, terwijl dat amper iets opbrengt én zelfs – door de inflatie – aan waarde verliest over de jaren heen?

Het is een vraag die bij veel Belgen speelt. We weten wel dat we meer met ons spaargeld moeten doen, maar twijfelen om dat harder aan het werk te zetten. Door de sterke terugval van de beurzen in maart zetten vele (jonge) mensen uiteindelijk toch de stap naar de beurs om meer rendement op hun spaarcenten te halen. Belgen kochten in het eerste kwartaal van 2020 voor 3,5 miljard euro aan aandelen volgens de Nationale Bank. Een recordbedrag! De reden? Ze profiteerden volop van de lage koersen door de scherpe daling van de beurzen om kwaliteitsaandelen aan te kopen en hadden simpelweg meer tijd om te (starten met) beleggen tijdens de lockdown.

Maar beleggen in individuele aandelen is heus niet je enigste mogelijkheid om meer uit je spaargeld te halen. Niet iedereen ziet het zitten om zelf op de beurs te beleggen en aandelen te kopen. Heb je geen tijd of zin om je er veel mee bezig te houden? Dan zijn er zeker nog andere makkelijkere en minder tijdsintensieve mogelijkheden om je extra spaarcenten voor jou op de beurs aan het werk te zetten.  

Bijvoorbeeld via een slimme beleggingsassistent als Matti van Bolero. Matti stelt je eerst enkele vragen om erachter te komen waarin je geïnteresseerd bent of om te kijken hoeveel risico je wil nemen. Dan stelt hij je een gespreide portefeuille van ETF’s of trackers (=beursproducten die de beweging van de beurs volgen) voor die hij nadien ook blijft opvolgen en je voorstellen stuurt om je portefeuille aan te passen. Maar jij blijft altijd de touwtjes in handen houden en beslist of je de voorstellen van Matti wil volgen. Én niet onbelangrijk in deze onzekere coronatijden: op elk moment kan je met Matti stoppen. Je geld zit nooit vast.

Matti is als digitale beleggingsassistent het laatste nieuwe beleggingssnufje en vult zo het rijtje ‘spaaralternatieven’ aan.

• Heb je een spaarbuffer opgebouwd waarbij je je comfortabel voelt? Goed zo!
• Heb je regelmatig nog wat geld over dat je blindelings verder overschrijft naar je spaarrekening? Dan kan het interessant zijn om eens na te denken of beleggen niet een beter alternatief is. Vooral om je koopkracht op lange termijn op peil te houden en je geld voor jou aan het werk zetten.
• Bekijk wat de mogelijkheden zijn en kies waar jij je het best bij voelt. De horizon verkennen en het aanbod uitpluizen is een goed idee voor je portemonnee.

Ben je er klaar voor om je geld zo hard te laten werken als je zelf werkt?
Bekijk dan zeker eens wat ik, Matti, als je slimme beleggingsassistent voor jou kan betekenen en maak een simulatie.